Dag 10 :
Sublieme vergezichten, prachtige vista's op koffieplantages, op wolkengrote akkers van bloemkool en andere groenten, netjes geplakt tegen de heuvelwanden en ingepakt tussen prachtige tropische plantengroei in vijftig tinten groen, alles slurpend uit vruchtbare donkere vochtige aarde, dorpjes met soms vlijtige mensen, wassend in de rivier of ergens in het veld hakkend met de machete, of op wandel met koe of paard, of wat eten aan het koken op een houtvuurtje, maar met de meesten ergens rustend al zittend of liggend, blijkbaar lui maar misschien een soort waarachtige levenskunst aan het beoefenen die wij niet meer blijken te kennen, daarin gesteund door de huisdieren: de honden blijven gewoon in het midden van de weg liggen, loerend naar die rare kwieten op hun draaiende wielen, katten steken tergend traag de weg over, biggetjes lopen wat te eten en te knorren tot ze varken worden om dan meestal ergens in een poel liggen te slapen, zelfs de kippen laten zich niet afleiden van hun scharrelen en pikken als we voorbij denderen, in dat alles hebben wij vandaag onze koninginnerit gereden.
Gerard schotelde vandaag een subliem parkoers voor, waarin alle ingrediƫnten van de laatste dagen aan bod kwamen. Wat de eerste dagen lange 'onmogelijk' steile klimmen waren, worden nu klimmetjes waarop iedereen het schakelen onder de knie heeft en velen tot hun verbazing boven rijden of veel verder kwamen dan ze ooit zouden gedacht hebben. Het moet gezegd, je kan zien dat het algemene conditiepeil van de groep heel goed is en dat de meesten zicht meer dan degelijk voorbereid hebben. Ook de 'onmogelijke' afdalingen worden technisch al veel beter aangepakt, en velen beginnen er van te genieten. Riviertjes worden behendig overgestoken en stenen blijken niet meer zo vijandig omhoog te steken als in de eerste dagen. De weg werd perfect uit gepijld met de reeds vertrouwde rode pijlen en lintjes geknoopt aan een of andere tak.
Gerard had het psychologisch handig aangepakt door vooraf te zeggen dat dit eerste deel alsmaar stijgend was, maar de eerste zeven kilometer, door een nevelwoud, waren pittig golvend, zodat iedereen welgezind bij de eerste bevoorrading aankwam, inderdaad in een soort nevelige regen waar je niet echt nat bleek van te worden. Nadien zou er wat meer modder komen meldde Gerard. Maar dat was een modderstrook waar iedere Vlaamse MTB toertocht allen maar kan van dromen. De eerste plassen tracht je nog te ontwijken, maar al vlug gaat het gewoon rechtdoor, best met het mondje dicht. Waar we gisteren de vuilhoopberg over moesten, was dit vandaag de modderberg, een fameus steile maar modderige helling, een met de fiets onmogelijk in te nemen vesting. Dan maar te voet, en dan blijkt dat zelfs dan het zweet van je hoofd en lijf blijft druppelen. Op de top weer de fiets op en maar verder modderbiken, en wanneer de weg dan eindelijk weer wat normaal wordt blijkt hij na een paar honderden meters ineens weer steiler en steiler te worden, percentages tot boven de 20%, en het blijft maar duren bocht na bocht, tot plots de jeeps in de verte opduiken, en Gerard lachend roept dat dit het dessertje was. Intussen is Riena druk in de weer om bananen, cake en koekjes uit te delen, want we moeten nog 12 km dalen, gelukkig op asfalt, vooraleer we de lunchplaats zullen bereiken. Over dat dalen zullen we maar zwijgen, het kan niet ontkend worden dat de weg met zijn momenten een goed stuk naar beneden ging, maar even verder een goed stuk weer omhoog. Onze Gerard heeft toch een vreemde perceptie van stijgen en dalen, nochtans hebben we van hem constructies gezien die perfect waterpas staan. Hoe dan ook maakten het landschap en de vista's, en het feit dat we op asfalt bolden, veel goed, tot de aankomst aan het restaurant, dat toch wel weer moest bereikt worden met een klimmetje van boven de 20%. Maar iedereen zag al de cerveza voor zich en verwonderde zich over deze mooi plek in het Selva Negra, het Zwarte Woud. De bikes werden afgespoten, de cerveza's werden geserveerd, en we kregen zowaar een spaghetti voorgeschoteld.
De locatie was zoals gezegd prachtig, sommigen spraken van idyllisch, werden lyrisch bij dit stukje natuur aan de boorden van een lieflijk meertje. Dr. Toon gaf wat uitleg, dit was al een pleisterplaats tijdens de oorlog, toentertijd vrij veilig, met mooie fauna en flora, en er zouden ook brulapen in het woud zitten. Hij placht er te komen in het weekend met Francisca, en aan zijn glimlach te zien beeld ik me in dat de plaatselijke Lorelei daar in dat Zwarte Woud wel een liedje zal gezongen hebben.
Nog een Matagalpeese koffie, en terug op de fiets om eerst het woud uit te rijden, tot aan de oude groene legertank op de aansluiting met de hoofdweg, en dan nog 12 km zakken tot Matagalpa. Dat dit nu echt dalen zou zijn waren we zeker, want we hadden 's morgens dat traject al afgelegd in de jeeps. Maar net toen begon het te stortregenen, een malse tropische bui die de dampen uit het asfalt walmde en onze lichamen net gepast afkoelde. Toch voorzichtig naar beneden, en kijk, een paar kilometer verder was het alsof het nooit had geregend. Vrachtwagenchauffeurs vertraagden en maakten ruim plaats om ons voorbij te laten flitsen, en toeterden ons luid na. Nicaragua is zeker een fietsvriendelijk land.
Vandaag was opnieuw een onvergetelijke dag, vooral gericht op het fietsen. Morgen staan er weer bezoeken op het programma, dat andere bindmiddel in deze fijne groep. Morgen staat ook de, volgens Gerard, ultieme klim naar Chaguite Grande op het programma. Vier moedigen hebben zich aangemeld. Benieuwd wat dat gaat worden, maar even benieuwd naar wat de bezoeken ons te brengen hebben.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten